Status volgens de Europese verordening betreffende informatieverschaffing over duurzaamheid in de financiëledienstensector ('Sustainable Finance Disclosure Regulation' of SFDR) - Sustainable Future Technologies Fund
Janus Henderson Fund – Sustainable Future Technologies Fund
Het fonds is ingedeeld als fonds dat voldoet aan de bepalingen van artikel 9 van de SFDR als product dat ecologische en/of sociale kenmerken promoot.
A. Samenvatting
De beleggingsbeheerder gebruikt een aantal bronnen/methodes om rekening te houden met de verplichte indicatoren voor belangrijkste ongunstige effecten op duurzaamheidsfactoren ('PAI's') volgens de EU-verordening betreffende informatieverschaffing over duurzaamheid in de financiëledienstensector (SFDR), om te bepalen of zijn duurzame beleggingen geen wezenlijke schade toebrengen aan relevante ecologische of sociale doelstellingen. Naargelang de indicator gebruikt de beleggingsbeheerder een of meer van de volgende benaderingen:
De beleggingsbeheerder screent het beleggingsuniversum om beleggingen te vermijden in emittenten die betrokken zijn bij of inkomsten halen uit bepaalde hierna beschreven activiteiten;
De interne ESG-controletool ('PCM') van de beleggingsbeheerder, die ESG-gerelateerde maatstaven omvat om de prestaties van ondernemingen op het vlak van ESG-indicatoren te beoordelen en te bepalen welke ondernemingen ondermaats presteren op ESG-vlak, op basis van zijn eigen methodologie;
Opvolging van controverses;
Het gebruik van gegevens van derden om vast te stellen wie niet goed presteert op ESG-vlak op basis van een rating binnen de betrokken sector met een gewogen gemiddelde score voor de belangrijkste ESG-thema's; en
De activiteiten en gerapporteerde cijfers van de onderliggende beleggingen worden gescreend op basis van de criteria voor significante schade die JHI heeft vastgesteld met verwijzing naar de relevante verplichte PAI's die in het kader van de SFDR zijn bepaald, afhankelijk van de prestaties van de onderneming ten opzichte van eigen, voorafbepaalde uitsluitingscriteria (die kwantitatief of kwalitatief kunnen zijn).
De beleggingsdoelstelling van het fonds is gericht op vermogensgroei op lange termijn door te beleggen in aan technologie gerelateerde ondernemingen die bijdragen aan de ontwikkeling van een duurzame wereldeconomie door middel van ecologische en sociale thema's. Het fonds gebruikt geen referentiebenchmark om zijn duurzame beleggingsdoelstelling te behalen. Het fonds gebruikt geen referentiebenchmark om zijn duurzame beleggingsdoelstelling te behalen.
Dit fonds streeft naar kapitaalgroei via beleggingen in de wereldwijde aandelenmarkt en in het bijzonder door een blootstelling te nemen aan technologiegerelateerde ondernemingen waarvan de producten en diensten een positieve impact hebben op het milieu of de maatschappij, en op die manier bijdragen tot de ontwikkeling van een duurzame wereldeconomie. Elke belegger dient dit hoofdstuk te lezen in combinatie met de beleggingsstrategie van het fonds (zoals vermeld in het hoofdstuk 'Fondsen' van het prospectus). Elke belegger dient dit hoofdstuk te lezen in combinatie met de beleggingsstrategie van het fonds (zoals vermeld in het hoofdstuk 'Fondsen' van het prospectus).
Het fonds neemt ecologische, sociale en governancefactoren op in de individuele, fundamentele analyse en waardering van een onderneming. Door fundamenteel onderzoek kan de beleggingsbeheerder door de hypecyclus1 van duurzame technologie navigeren en ondernemingen opsporen die een positieve bijdrage leveren aan ecologische en sociale thema's. In ons beleggingsproces houden we in het kader van de due diligence rekening met en monitoren we klimaat- en milieu-indicatoren en sociale en personeelsthema's, en reageren we op die elementen door ons stemrecht uit te oefenen en door actieve dialoog en actieplannen die verband houden met de beleggingsbeslissingen.
De goede governancepraktijken van de ondernemingen waarin we beleggen, worden onderzocht vóór we erin beleggen en daarna ook nog periodiek conform het beleid inzake duurzaamheidsrisico's ('beleid').
Het beleid is opgenomen in het ESG-beleggingsbeleid van Janus Hendersons, dat u op de website www.janushenderson.com kunt vinden onder de rubriek About Us – Environmental, Social and Governance (ESG).
Bovendien heeft de beleggingsbeheerder de beginselen van de VN voor verantwoord beleggen (UNPRI) ondertekend.
1 De 'hypecyclus' heeft betrekking op de verschillende fases in de ontwikkeling van een technologie, van concept tot algemeen gebruik ervan, met inbegrip van het beleggerssentiment tegenover die technologie en daaraan gerelateerde aandelen gedurende die cyclus.
Minimaal 90% van de beleggingen van het financiële product wordt gebruikt om te voldoen aan de duurzame beleggingsdoelstelling van het financiële product. Hoewel de beleggingsbeheerder geen specifieke allocatie beoogt, wordt verwacht dat minstens 25% zal worden belegd in beleggingen met een ecologisch doel en 25% in beleggingen met een sociale doelstelling.
De overige beleggingen, die als 'niet duurzaam' zijn aangemerkt, zijn bijvoorbeeld cash of kasequivalenten, naast instrumenten die worden aangehouden met het oog op efficiënt portefeuillebeheer, zoals tijdelijk aangehouden indexderivaten.
Alle beleggingen van het financiële product die worden gebruikt om te voldoen aan de ecologische kenmerken die het financiële product promoot, zijn directe beleggingen.
De Bbeleggingsbeheerder gebruikt selectiecriteria om ervoor te zorgen garanderen dat het Ffonds alleen belegt in bedrijven ondernemingen die ten minste 50% van hun huidige of toekomstige verwachte inkomsten omzet halen uit goederen en diensten binnen de duurzame ontwikkelingsthema's van de Bbeleggingsbeheerder, zoals hieronder uiteengezet:
- Technologie voor schone energie
- Optimalisering van grondstoffen en productiviteit
- Slimme steden
- koolstofarme infrastructuur
- Duurzaam transport
- Digitale democratisering
- Gezonde technologie
- Gegevensbeveiliging
2. Koolstof - Scope koolstofintensiteit 1&2
3. Koolstof - Scope koolstofvoetafdruk 1&2
4. Algehele UNGC-compliancestatus
5. % van de portefeuille afgestemd op de duurzaamheidsthema's van het fonds
6. Aantal betrokken bedrijven, in overeenstemming met de engagementsbenadering van de vermogensbeheerder
7. Uitsluitende ESG-screenings - zie “G. Methodologieën voor ecologische of sociale kenmerken?" hieronder voor meer informatie over de uitsluitingen.
Bijzonderheden over waarom de duurzame beleggingen geen significante schade toebrengen aan ecologische of sociale doelstellingen voor duurzaam beleggen, en het beleid om de goede governancepraktijken van de ondernemingen waarin wij beleggen, te beoordelen, vindt u hierna.
Het team Front Office Controls & Governance verzekert voortdurend dat de beleggingsproducten worden beheerd in overeenstemming met de gedocumenteerde duurzaamheidsverbintenissen.
Het beleggingsuniversum van het fonds wordt bepaald door de toepassing van positieve screeningscriteria, die zijn gebaseerd op de beleggingsthema's rond duurzame technologie van de vermogensbeheerder. De beleggingsbeheerder gebruikt een eigen methodologie om te verzekeren dat de ondernemingen waarin het fonds belegt, minstens 50% van hun huidige of toekomstige verwachte inkomsten halen uit goederen en diensten die zijn afgestemd op die duurzaamheidsthema's.
Bovendien screent de beleggingsbeheerder het beleggingsuniversum om directe beleggingen in bedrijfsemittenten uit te sluiten op basis van hun betrokkenheid bij bepaalde activiteiten. In het bijzonder worden emittenten uitgesloten als zij betrokken zijn bij zorgwekkende chemische stoffen, de winning en raffinage van fossiele brandstoffen, elektriciteitsopwekking uit fossiele brandstoffen, genetische manipulatie, brandwapens of kernwapens; of meer dan 5% van hun omzet halen uit de productie van alcohol, niet-medische dierproeven, bont, gokken, porno, intensieve landbouw, tabak of kernenergie. Emittenten worden ook uitgesloten als wordt verondersteld dat zij niet hebben voldaan aan de principes van het UNGC (die betrekking hebben op zaken zoals mensenrechten, arbeid, corruptie en milieuvervuiling). Het fonds past ook het bedrijfsbrede uitsluitingsbeleid toe (dat onder meer betrekking heeft op controversiële wapens), zoals uiteengezet in paragraaf 10.15 in het hoofdstuk 'Beleggingsbeperkingen' in het prospectus.
De beleggingsbeheerder verwacht dat de screeningcriteria het beleggingsuniversum van het fonds met minstens 20% zal verkleinen.
De beleggingsbeheerder kan in het fonds posities opnemen die op basis van informatie of screenings van externe partijen niet blijken te voldoen aan de bovengenoemde criteria indien de beleggingsbeheerder van mening is dat de extern verkregen gegevens ontoereikend of onjuist zijn.
B. Geen ernstige afbreuk aan de duurzame beleggingsdoelstelling
De beleggingsbeheerder gebruikt een aantal bronnen/methodes om rekening te houden met de verplichte indicatoren voor belangrijkste ongunstige effecten op duurzaamheidsfactoren ('PAI's') volgens de EU-verordening betreffende informatieverschaffing over duurzaamheid in de financiëledienstensector (SFDR), om te bepalen of zijn duurzame beleggingen geen wezenlijke schade toebrengen aan relevante ecologische of sociale doelstellingen. Naargelang de indicator gebruikt de beleggingsbeheerder een of meer van de volgende benaderingen:
De beleggingsbeheerder screent het beleggingsuniversum om beleggingen te vermijden in emittenten die betrokken zijn bij of inkomsten halen uit bepaalde hierna beschreven activiteiten;
De interne ESG-controletool ('PCM') van de beleggingsbeheerder, die ESG-gerelateerde maatstaven omvat om de prestaties van ondernemingen op het vlak van ESG-indicatoren te beoordelen en te bepalen welke ondernemingen ondermaats presteren op ESG-vlak, op basis van zijn eigen methodologie;
Opvolging van controverses;
Het gebruik van gegevens van derden om vast te stellen wie niet goed presteert op ESG-vlak op basis van een rating binnen de betrokken sector met een gewogen gemiddelde score voor de belangrijkste ESG-thema's; en
De activiteiten en gerapporteerde cijfers van de onderliggende beleggingen worden gescreend op basis van de criteria voor significante schade die JHI heeft vastgesteld met verwijzing naar de relevante verplichte PAI's die in het kader van de SFDR zijn bepaald, afhankelijk van de prestaties van de onderneming ten opzichte van eigen, voorafbepaalde uitsluitingscriteria (die kwantitatief of kwalitatief kunnen zijn).
C. Duurzame beleggingsdoelstelling van het financiële product
De beleggingsdoelstelling van het fonds is gericht op vermogensgroei op lange termijn door te beleggen in aan technologie gerelateerde ondernemingen die bijdragen aan de ontwikkeling van een duurzame wereldeconomie door middel van ecologische en sociale thema's. Het fonds gebruikt geen referentiebenchmark om zijn duurzame beleggingsdoelstelling te behalen. Het fonds gebruikt geen referentiebenchmark om zijn duurzame beleggingsdoelstelling te behalen.
D. Beleggingsstrategie
Dit fonds streeft naar kapitaalgroei via beleggingen in de wereldwijde aandelenmarkt en in het bijzonder door een blootstelling te nemen aan technologiegerelateerde ondernemingen waarvan de producten en diensten een positieve impact hebben op het milieu of de maatschappij, en op die manier bijdragen tot de ontwikkeling van een duurzame wereldeconomie. Elke belegger dient dit hoofdstuk te lezen in combinatie met de beleggingsstrategie van het fonds (zoals vermeld in het hoofdstuk 'Fondsen' van het prospectus). Elke belegger dient dit hoofdstuk te lezen in combinatie met de beleggingsstrategie van het fonds (zoals vermeld in het hoofdstuk 'Fondsen' van het prospectus).
Het fonds neemt ecologische, sociale en governancefactoren op in de individuele, fundamentele analyse en waardering van een onderneming. Door fundamenteel onderzoek kan de beleggingsbeheerder door de hypecyclus1 van duurzame technologie navigeren en ondernemingen opsporen die een positieve bijdrage leveren aan ecologische en sociale thema's. In ons beleggingsproces houden we in het kader van de due diligence rekening met en monitoren we klimaat- en milieu-indicatoren en sociale en personeelsthema's, en reageren we op die elementen door ons stemrecht uit te oefenen en door actieve dialoog en actieplannen die verband houden met de beleggingsbeslissingen.
Er worden periodieke controles uitgevoerd om te verifiëren dat de omzettoewijzing aan duurzame technologiethema's passend is met verwijzing naar de kwalificatie van beleggingsbeheerders en onafhankelijke bedrijfsanalyses.
De beleggingsbeheerder beoordeelt de ondernemingen waarin wij beleggen op de naleving van goede governancepraktijken.
De goede governancepraktijken van de ondernemingen waarin we beleggen, worden onderzocht vóór we erin beleggen en daarna ook nog periodiek conform het beleid inzake duurzaamheidsrisico's ('beleid').
Het beleid stelt minimumnormen voorop op basis waarvan de beleggingsbeheerder de ondernemingen waarin wij beleggen, permanent beoordeelt en opvolgt alvorens te beleggen. Die normen omvatten, maar zijn niet beperkt tot: degelijke managementstructuren, relaties met het personeel, de verloning van personeel en naleving van de belastingwetgeving. De beleggingsbeheerder hecht bijzonder belang aan de evaluatie van de bedrijfscultuur, de waarden, de bedrijfsstrategie, de samenstelling en diversiteit van de raad van bestuur, fiscale transparantie, audit, controles en verloning. Algemeen aanvaarde normen inzake deugdelijk bestuur kunnen waar gepast naar goeddunken van de beleggingsbeheerder worden aangepast voor kleinere organisaties of om rekening te houden met de lokale governancenormen.
Het beleid is opgenomen in het ESG-beleggingsbeleid van Janus Hendersons, dat u op de website www.janushenderson.com kunt vinden onder de rubriek About Us – Environmental, Social and Governance (ESG).
Bovendien heeft de beleggingsbeheerder de beginselen van de VN voor verantwoord beleggen (UNPRI) ondertekend. Als ondertekenaar beoordelen wij ook de goede governancepraktijken van de ondernemingen waarin wij beleggen aan de hand van de UNPRI, zowel vóór we een belegging doen als periodiek wanneer we een belegging in portefeuille hebben.
1 De 'hypecyclus' heeft betrekking op de verschillende fases in de ontwikkeling van een technologie, van concept tot algemeen gebruik ervan, met inbegrip van het beleggerssentiment tegenover die technologie en daaraan gerelateerde aandelen gedurende die cyclus.
E. Verhouding van de beleggingen
Minimaal 90% van de beleggingen van het financiële product wordt gebruikt om te voldoen aan de duurzame beleggingsdoelstelling van het financiële product. Hoewel de beleggingsbeheerder geen specifieke allocatie beoogt, wordt verwacht dat minstens 25% zal worden belegd in beleggingen met een ecologisch doel en 25% in beleggingen met een sociale doelstelling.
De overige beleggingen, die als 'niet duurzaam' zijn aangemerkt, zijn bijvoorbeeld cash of kasequivalenten, naast instrumenten die worden aangehouden met het oog op efficiënt portefeuillebeheer, zoals tijdelijk aangehouden indexderivaten.
Alle beleggingen van het financiële product die worden gebruikt om te voldoen aan de ecologische en/of sociale kenmerken die het financiële product promoot, zijn directe beleggingen.
F. Monitoring duurzame beleggingsdoelstelling
De Bbeleggingsbeheerder gebruikt selectiecriteria om ervoor te zorgen garanderen dat het Ffonds alleen belegt in bedrijven ondernemingen die ten minste 50% van hun huidige of toekomstige verwachte inkomsten omzet halen uit goederen en diensten binnen de duurzame ontwikkelingsthema's van de Bbeleggingsbeheerder, zoals hieronder uiteengezet:
Technologie voor schone energie
Optimalisering van grondstoffen en productiviteit
Slimme steden
koolstofarme infrastructuur
Duurzaam transport
Digitale democratisering
Gezonde technologie
Gegevensbeveiliging
- Koolstof - Koolstofintensiteit Scope 1 & 2
- Koolstof – Koolstofvoetafdruk Scope 1&2
- Algemene UNGC-compliancestatus
% van de portefeuille die is afgestemd op de duurzaamheidsthema's van het Fonds.
Aantal ondernemingen waarmee in dialoog werd gegaan in overeenstemming met de betrokkenheidsbenadering van de beleggingsbeheerder.
ESG Exclusionary screens - see “G. Methodologies for environmental or social characteristics?” below for details on the exclusions.
Bijzonderheden over waarom de duurzame beleggingen geen significante schade toebrengen aan ecologische of sociale doelstellingen voor duurzaam beleggen, en het beleid om de goede governancepraktijken van de ondernemingen waarin wij beleggen, te beoordelen, vindt u hierna. Elke beleggingsafdeling voert zijn eigen due-diligenceprocessen uit voordat ze beleggingsbeslissingen neemt binnen zijn artikel 9-fondsen, en maakt daarbij gebruik van interne en externe tools en research. Het team Front Office Controls & Governance verzekert voortdurend dat de beleggingsproducten worden beheerd in overeenstemming met de gedocumenteerde duurzaamheidsverbintenissen. Het team Financial Risk controleert en onderzoekt het beleggingsbeheer in het licht van ESG-gerelateerde risico's, naast de traditionele maatstaven voor de marktrisico's, en integreert het duurzaamheidsrisico in de risicoprofielen.Investment Compliance voert een uitsluitingsscreening uit en volgt die permanent op, en houdt waar nodig ook manueel toezicht.
G. Methodologieën
Het beleggingsuniversum van het fonds wordt bepaald door de toepassing van positieve screeningscriteria, die zijn gebaseerd op de beleggingsthema's rond duurzame technologie van de vermogensbeheerder. De beleggingsbeheerder gebruikt een eigen methodologie om te verzekeren dat de ondernemingen waarin het fonds belegt, minstens 50% van hun huidige of toekomstige verwachte inkomsten halen uit goederen en diensten die zijn afgestemd op die duurzaamheidsthema's.
Bovendien screent de beleggingsbeheerder het beleggingsuniversum om directe beleggingen in bedrijfsemittenten uit te sluiten op basis van hun betrokkenheid bij bepaalde activiteiten. In het bijzonder worden emittenten uitgesloten als zij betrokken zijn bij zorgwekkende chemische stoffen, de winning en raffinage van fossiele brandstoffen, elektriciteitsopwekking uit fossiele brandstoffen, genetische manipulatie, brandwapens of kernwapens; of meer dan 5% van hun omzet halen uit de productie van alcohol, niet-medische dierproeven, bont, gokken, porno, intensieve landbouw, tabak of kernenergie. Emittenten worden ook uitgesloten als wordt verondersteld dat zij niet hebben voldaan aan de principes van het UNGC (die betrekking hebben op zaken zoals mensenrechten, arbeid, corruptie en milieuvervuiling). Het fonds past ook het bedrijfsbrede uitsluitingsbeleid toe (dat onder meer betrekking heeft op controversiële wapens), zoals uiteengezet in paragraaf 10.15 in het hoofdstuk 'Beleggingsbeperkingen' in het prospectus.
De beleggingsbeheerder verwacht dat de screeningcriteria het beleggingsuniversum van het fonds met minstens 20% zal verkleinen.
De beleggingsbeheerder kan in het fonds posities opnemen die op basis van informatie of screenings van externe partijen niet blijken te voldoen aan de bovengenoemde criteria indien de beleggingsbeheerder van mening is dat de extern verkregen gegevens ontoereikend of onjuist zijn.
H. Databronnen en -verwerking
Het fonds vertrouwt op een aantal externe gegevensleveranciers in combinatie met eigen intern onderzoek om de gepromote ecologische of sociale kenmerken te behalen.
De bindende uitsluitingen om beleggingen te vermijden in bepaalde activiteiten die schade kunnen berokkenen aan de menselijke gezondheid of het menselijke welzijn of aan het milieu, steunen op gegevens van Vigeo Eiris. De uitsluitingen worden opgevolgd via een systeem om de naleving te monitoren.
De bedrijfsbrede uitsluiting van controversiële wapens wordt toegepast op basis van MSCI-gegevens. Voor de bevordering van de beperking van de klimaatverandering vertrouwt het fonds op aanvullende gegevens over de koolstofemissies van het ISS. De steun voor de UNGC-principes (die onder meer betrekking hebben op mensenrechten, arbeid, corruptie en milieuvervuiling) is gebaseerd op gegevens van Sustainalytics.
Stemmen bij volmacht wordt verzorgd door ISS, met de steun van het Central Governance and Stewardship-team/Central JHI ESG-team. De gegevens over betrokkenheid van ondernemingen worden beheerd en verzorgd door het beleggingsteam*. Gegevens over controverses worden aangevuld door RepRisk. Onderzoek door makelaars, academisch en industrieel onderzoek, evenals interne bedrijfseigen onderzoeksgegevens, kunnen ook inzichten over al deze zaken verschaffen. Actieplannen en betrokkenheidsgegevens worden handmatig verzameld en verzameld door het beleggingsteam.
Naarmate het beschikbare aanbod van dataproviders zich ontwikkelt, kan de beleggingsbeheerder de dataprocessen bijwerken.
Om de kwaliteit van de ESG-informatie te verzekeren, worden op het niveau van de portefeuille verschillende processen gehanteerd. De emittenten worden in kaart gebracht middels controles om dubbele emittenten te verwijderen en een methodologie om niet in kaart gebrachte emittenten en veranderende emittenten te identificeren. Actieplannen en engagementsgegevens worden gecontroleerd via diepgaande data-analyse.
Indien er geen uitsluitingsgegevens beschikbaar zijn of het beleggingsteam het niet eens is met de beoordeling, helpt de gespecialiseerde duurzaamheidsanalist de beleggingsanalist te bepalen of de potentiële participatie in strijd is met het uitsluitingsbeleid van het fonds. Indien vereist, wordt de analyse vervolgens gedeeld met een onafhankelijk toezichthoudend orgaan bij JHI om de beoordeling te valideren.
Afhankelijk van de beschikbaarheid van gegevens worden maandelijkse en/of jaarlijkse datafeeds van een aantal externe dataleveranciers handmatig gedownload door het beleggingsteam. Het centrale JHI ESG-team biedt ondersteuning voor enkele van de gegevensprocessen.
De proportie geraamde gegevens verandert voortdurend en wordt waar nodig aangevuld met intern onderzoek van het beleggingsteam.
*Het beleggingsteam waarnaar in dit document wordt verwezen, bestaat uit: een toegewijde duurzaamheidsanalist, beleggingsanalisten en een onderzoeksondersteuningsteam.
I. Beperkingen van methodologieën en gegevens
De beleggingsbeheerder weet echter dat complexe thema's een statische score toekennen op basis van onvolmaakte gegevens en informatieverstrekking en uiteenlopende methodologieën zijn beperkingen heeft. Actief beheer en diepgaande sector- en ESG-expertise zijn daar cruciaal voor.
De materialiteit wordt beoordeeld op basis van SASB, GRI, EU PAI's, TCFD, taxonomie en het inzicht van onze toegewijde duurzaamheidsanalist en beleggingsteam op het gebied van ESG en technologie. Als technologiesectorspecialisten met een toegewijde duurzaamheidsanalist is het team het best geplaatst om de materialiteit te beoordelen en om innovaties en disruptie op dit gebied te navigeren.
Met het oog op uitsluitingsscreenings zal, indien er gegevens ontbreken, het bewijsmateriaal worden voorgelegd aan een onafhankelijk toezichthoudend orgaan bij JHI.
J. Due diligence
In het beleid van JHI inzake duurzaamheidsrisico's worden de ESG-integratieprincipes, de beginselen voor duurzaam beleggen en de basisuitsluitingen voor potentiële beleggingen uiteengezet. Die uitsluitingen zijn gebaseerd op classificaties die de externe leveranciers van ESG-gegevens verstrekken. Deze classificatie kan terzijde worden geschoven wanneer uit beleggingsonderzoek voldoende blijkt dat de externe aanduiding niet accuraat of gepast is.
Elke beleggingsafdeling voert zijn eigen due-diligenceprocessen uit voordat ze beleggingsbeslissingen neemt binnen zijn artikel 9-fondsen, en maakt daarbij gebruik van interne en externe tools en research. Het team Front Office Controls & Governance verzekert voortdurend dat de beleggingsproducten worden beheerd in overeenstemming met de gedocumenteerde duurzaamheidsverbintenissen. Het team Financial Risk controleert en onderzoekt het beleggingsbeheer in het licht van ESG-gerelateerde risico's, naast de traditionele maatstaven voor de marktrisico's, en integreert het duurzaamheidsrisico in de risicoprofielen. Investment Compliance voert een uitsluitingsscreening uit en volgt die permanent op, en houdt waar nodig ook manueel toezicht.
K. Engagementsbeleid
De beleggingsbeheerder maakt de standpunten proactief over aan ondernemingen en streeft proactief naar verbeteringen van de prestaties en de normen inzake verantwoord ondernemen en deugdelijk bestuur, ondersteunt kernbeginselen zoals publicatie, transparantie en consistentie. Elk bedrijf in de portefeuille wordt beoordeeld op zijn ecologische, sociale en governancerisico's volgens een eigen engagementkader.
Zie het ESG-beleggingsbeleid van Janus Henderson op www.janushenderson.com en het V&E-beleid en -rapport van de strategie en het document 'Beleggingsprincipes' voor meer informatie.
- De aanpak van ESG-stemmen en -betrokkenheid wordt beschouwd als 'evidence-based', systematisch en pragmatisch.
- Betrokkenheidswerk kan bedrijfsspecifiek of thematisch zijn en vertegenwoordigt een mix van proactieve en reactieve betrokkenheid.
- Analyse van de portefeuilles aan de hand van ESG-gegevens vormt de basis voor deze lijst, samen met de controverses, wetenschappelijke vooruitgang, intern/extern onderzoek en positieve acties die door de bedrijven binnen de portefeuille zijn ondernomen.
- De beleggingsbeheerder onderhoudt rechtstreeks contact met bedrijven via formele en informele bijeenkomsten, telefoongesprekken en schriftelijk, en biedt 'thought leadership' op het gebied van betrokkenheid bij complexe sociale en milieukwesties.
Waar nodig worden ad hoc ESG-diepe duiken uitgevoerd door de toegewijde duurzaamheidsanalist.
Controverses worden gemonitord en de beleggingsbeheerder grijpt waar relevant in met behulp van onze sector- en duurzaamheidsexpertise, ondersteund door de toegewijde duurzaamheidsanalist. Deze worden door het beleggingsteam regelmatig gefilterd, geanalyseerd en indien relevant opgezocht. In deze gevallen kunnen actieplannen worden vastgelegd.
Hoewel het stemrecht van aandeelhouders deel uitmaakt van goed bestuur, houdt het team ook rekening met de staat van dienst van bestuur en management die verder gaat dan traditionele bestuursmodellen, als erkenning van een sterke relatie tussen door de oprichters geleide bedrijven die ondernemerschap ondersteunen, wat ook optimaal kan zijn voor het aandeelhoudersrendement. Het Governance & Stewardship (G&S)-team is een centrale hulpbron die beleggingsteams ondersteunt op het gebied van ESG-betrokkenheid.
De vermogensbeheerder oefent namens cliënten het stemrecht uit op vergaderingen van alle vennootschappen waarin hij een deelneming heeft. De enige uitzondering hierop zijn bijeenkomsten waar aandelenblokkering of andere stembeperkingen van kracht zijn.
Om het team te helpen bij het beoordelen van het ondernemingsbestuur van de bedrijven waarin wordt belegd, heeft Janus Henderson een beroep gedaan op een externe, onafhankelijke stemadviseur. De adviseur voor het stemmen bij volmacht geeft stemaanbevelingen op basis van het corporate governance-beleid van Janus Henderson. Janus Henderson heeft een Proxy Voting Committee, dat bepaalt waarop we bij volmacht stemmen over belangrijke kwesties en dat richtlijnen opstelt voor toezicht op het stemproces. De commissie bestaat uit vertegenwoordigers van de teams voor portefeuillebeheer, corporate governance, boekhouding, juridische zaken en compliance. Daarnaast is het Proxy Voting Committee verantwoordelijk voor de monitoring en oplossing van mogelijke belangenconflicten in verband met het stemmen bij volmacht.
L. Realisatie van de duurzame beleggingsdoelstelling
Er is geen index aangewezen als referentiebenchmark om te voldoen aan de ecologische of sociale doelstelling die door dit financiële product wordt gepromoot.
M. Belangrijkste nadelige gevolgen (PAI)
PAI's worden beschouwd op productniveau1 en de onderstaande tabel vermeldt alleen de PAI's op productniveau. In de onderstaande tabel wordt uiteengezet waar PAI wordt overwogen door het gebruik van uitsluitingsscreenings en betrokkenheid bij bedrijven:
Ongunstigeduurzaamheidsindicator | Metriek | Hoe wordt rekening gehouden met PAI's? | |
---|---|---|---|
Uitstoot van broeikasgassen | Broeikasgasemissies | Scope 1-broeikasgasemissies | Uitsluitende screening |
Scope 2-broeikasgasemissies | Uitsluitende screening | ||
Carbon footprint | Carbon footprint | Uitsluitende screening | |
BKG-intensiteit van ondernemingen waarin wordt geïnvesteerd | Broeikasgasintensiteit van ondernemingen waarin wij beleggen | Uitsluitende screening | |
Blootstelling aan ondernemingen die actief zijn in de fossielebrandstoffensector | Aandeel van beleggingen in ondernemingen die actief zijn in de fossielebrandstoffensector | Uitsluitende screening | |
Maatschappelijke en personeelsthema's | Aandeel van beleggingen in ondernemingen die betrokken zijn bij de productie of de verkoop van controversiële wapens | Blootstelling aan controversiële wapens (antipersoonsmijnen, clustermunitie, chemische wapens en biologische wapens) | Uitsluitende screening |
Schendingen van de principes van het UN Global Compact en de richtsnoeren van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) voor multinationals | Aandeel van beleggingen in ondernemingen die betrokken zijn geweest bij schendingen van de principes van het UNGC of de OESO-richtsnoeren voor multinationals. | Uitsluitende screening |
1 Dit is van kracht geworden op 1 juni 2022 en de periodieke verslaglegging begint op 1 januari 2023 voor de eerste referentieperiode vanaf 1 juni 2022.
De beleggingsbeheerder maakt de standpunten proactief over aan ondernemingen en streeft proactief naar verbeteringen van de prestaties en de normen inzake verantwoord ondernemen en deugdelijk bestuur, ondersteunt kernbeginselen zoals publicatie, transparantie en consistentie, en promoot ecologisch en sociaal bewustzijn.
De strategie heeft een tweeledig mandaat met een duurzame doelstelling en bevordert ecologische en sociale kenmerken via haar portefeuilleverplichtingen, bijvoorbeeld op het gebied van het koolstofvrij maken en de genderdiversiteit in het bestuur.
Wij beschouwen onze benadering van stemmen en betrokkenheid als 'evidence-based', systematisch en pragmatisch. Deze worden beoordeeld aan de hand van een verscheidenheid aan informatie en gegevens die rechtstreeks afkomstig zijn van de effectenuitgever of van derden (onderzoeksaanbieders, indexaanbieders, consultants). Voor onze ESG-analyse worden de volgende ESG-gegevensleveranciers gebruikt. We gebruiken een verscheidenheid aan informatiebronnen, waaronder effectenuitgevers en externe onderzoeksaanbieders en consultants, om de bedrijven waarin we beleggen te rangschikken en beoordelen. De belangrijkste bronnen zijn onder meer:
■ MSCI ■ Sustainalytics ■ Bloomberg
■ Vigeo EIRIS ■ Institutionele Aandeelhoudersdiensten (ISS) ■ RepRisk
Het thematisch in kaart brengen van gegevens is gebaseerd op een intern proces en wordt gecontroleerd door de FOGC, waarbij Bloomberg wordt gebruikt voor aanvullende inkomsteninformatie.
Als actieve beheerders met uitstekende toegang tot het senior management hanteren wij een proactieve benadering bij het communiceren van standpunten aan bedrijven en het zoeken naar verbeteringen in de prestaties en normen van bedrijfsverantwoordelijkheid en kernprincipes zoals openbaarmaking, transparantie en consistentie. Elk bedrijf in de portefeuille wordt beoordeeld op zijn ecologische, sociale en governancerisico's, zoals uiteengezet in het volgende betrokkenheidskader.
'Waar de vertaalde versie van deze openbaarmakingstekst verschilt van de Engelse versie, prevaleert de originele Engelse versie'